dag 2 Schönjoch en de Möseralm

Als ik vanmorgen om half 9 uit bed klauter, probeert de zon al door de gordijnen te piepen.
Het is een stevig bedje maar een slap kussen, de nacht was warm en de slaap onrustig, zowel bij mij als bij Astrid. Nox trekt zich uiteraard nergens iets van aan, die slaapt wel.
Hoe dan ook, als ik de gordijnen openschuif, heb ik een grandioos uitzicht over een winterwonderberglandschap (flinke woordwaarde bij scrabbelen) en waar de zon al uitbundig schijnt.
Dan ga ik beneden de broodmand ophalen waarin de bakker lekkere verse Semmeltjes en een Schwarzbrot heeft achtergelaten, zelfs op zondag vers brood, lekker toch. Een kopje Nespresso er bij en we kunnen de dag weer aan.
Nox geeft wat over maar schrokt zijn brokken toch op en dan gaat Astrid hem alvast uitlaten op de alm.
Het is lente op het balkon, warm, geen wind en een prachtig uitzicht. Als dan de kerkklokken de Fissenaren oproept voor de vroege mis pak ik mijn camera en leg ook het gebeier vast.
Om kwart over 10 zijn we bepakt en bezakt (de rugzak zit vol met brood, drinken en lekkers) en via de garage , waar we nog even een joekel van een spin naar buiten jagen, kuieren we naar de Seilbahnen, want alleen vandaag gaat de kabelbaan nog naar de Schönjoch en laat nu net daar boven in het restaurant Bergdiamant, het laatste Frühshoppen van dit jaar zijn.
We ruilen de Gästekarte in voor 2 pasjes, zodat we in ieder geval de komende week gratis gebruik kunnen maken van alle kabelbanen en de Wanderbus in Fiss, Serfaus en Ladis. Dan de gondel in en op weg naar boven. Het uitzicht is grandioos, zon, besneeuwde bergen en af en toe een stukje door een laaghangend wolkje.
Boven aangekomen ploeteren we door de sneeuw naar de rand en daar is de flinke wind lekker koud. Vele foto’s later gaan we de warmte in van het grote restaurant, waar de Tiroler Muziekgroep al klaar staat en de instrumenten opwarmt. We vinden een tafel aan het raam en aangezien bij Frühshoppen een biertje hoort, ga ik dat dan maar met tegenzin halen. Nou ja, tegenzin, een half litertje geel vocht om 11 uur ’s morgens onder het genot van live hoempamuziek en een grandioos uitzicht op de witte bergwereld op ongeveer 2.400 meter hoogte is geen straf. Astrid houd het beschaafd bij een colaatje. Wat later verorberen we nog een Knoblauchrahmsuppe en de kou is verdreven.
Dan volgt de afdaling naar Fiss, uiteraard met de gondel. Vervolgens steken we over en enteren een cabine naar de Möseralm. Heel even wat rondkijken en om 13:25 uur gaan we de afdaling naar Fiss aan, maar nu te voet. Inmiddels is het zo warm, dat de jas los kan. De wandeling is prachtig en we pakken alle bankjes die er staan, tenminste die in de zon want daar ligt geen sneeuw op, en uiteindelijk komen we met wat verzuurde spiertjes om 15:40 uur thuis. Een mooi begin van de week.
Tegelijkertijd komt mevrouw Pale ook thuis en heeft voor ons uitgezocht welk restaurant in Fiss nog geopend is. Dat blijkt alleen de Bonderosa te zijn. Prima, dat gaan we straks meteen uitproberen.
Nox vlijt zich op het kleed neer en is meteen in dromenland, hij is amper aanspreekbaar. Ik ga alvast douchen, want het was zó warm… en een rugzak maakt het nog warmer, zodat mijn rug drijfnat is en mijn shirt doorweekt. Astrid gaat lekker wat zitten puzzelen en zo doden we de tijd tot 5 uur.
Hongerig betreden we de Bonderosa. Een “Amerikaans” Steakrestaurant waar we vandaag de eerste bezoekers zijn.
Nou, ik kan het iedereen aanraden. Een biefstukje, zooooo mals, lekkere Peterseliekartoffeltjes en Grillgemüse en uiteraard een biertje. Astrid geniet van een heerlijk malse Kräuterschweinsteak met frietjes en Speckbohnen, ook al zo heerlijk bereid. En daarbij horen een 5-tal sausjes. Als afsluiting een heerlijk kopje koffie en Astrid betaalt de rekening.
Om 5 over 7 zijn we weer thuis en gaan gezellig wat zitten puzzelen en dit verslag in elkaar sleutelen, terwijl Astrid ook nog in de douche duikt.
De weersverwachtingen voor morgen zijn gelukkig ook niet slecht, dus als we vannacht een goede nachtrust mogen hebben en de beenspieren zijn niet te erg verzuurd, dan willen we morgen naar Ladis lopen.

Tot morgen